Zoals verreweg de meeste stoornissen is er geen eenduidige oorzaak aan te wijzen voor het krijgen van anorexia. Het is altijd een combinatie van factoren. Het klassieke beeld van een zware jeugd of een grote gevoeligheid voor slanke modellen in tijdschriften klopt in veel gevallen in elk geval niet.
Genetische aanleg en erfelijkheid speelt mee. Onderzoek toont aan dat de kans op een eetstoornis groter is als het in je familie voorkomt. Daarnaast spelen biologische factoren een rol: wanneer de regulatie en opname van bijvoorbeeld serotonine niet loopt, zou de kans groter zijn een eetstoornis te ontwikkelen. Puur je fysiek kan ook meewerken. Wie aanleg heeft voor overgewicht, zal eerder gaan lijnen en kan vervolgens doorslaan.
Ook de persoonlijke omstandigheden spelen een rol. Wie van zichzelf al weinig zelfvertrouwen heeft, last heeft van faalangst, gevoelig is voor kritiek of erg perfectionistisch, zou mogelijk meer kans op een eetstoornis lopen. Ook zou het zo zijn dat iemand uit een instabiel gezin, waarbij bijvoorbeeld veel ruzie is of juist overdreven beschermend gedrag, extra kans op een eetstoornis loopt.
Voor al deze kenmerken geldt dat ze in hun eentje niet verantwoordelijk zijn voor het ontwikkelen van een eetstoornis. Een eetstoornis is een autonome ziekte, en daarom kun je het bijvoorbeeld niet omdraaien en zeggen dat iedereen met een perfectionistische inslag een eetstoornis krijgt. Het is altijd een combinatie van factoren en een samenloop van omstandigheden.