Bij een middelenverslaving gebruik je middelen waarvan je afhankelijk bent geworden. Je gebruikt (veel) meer dan je je hebt voorgenomen, of het lukt niet om te stoppen of te minderen. Je denken en doen wordt in grote mate bepaald door het middel.
Psychische afhankelijkheid
Bij een psychische verslaving of afhankelijkheid ben je psychisch afhankelijk van het gebruik van een bepaald middel. Je blijft verlangen naar het middel en je denkt dat je je niet meer prettig, veilig of goed kan voelen zonder. Dit middel kan een stof zijn, zoals alcohol zijn of drugs, maar ook een gedrag, zoals bijvoorbeeld gamen, gokken, social media bekijken of sporten.
Lichamelijke afhankelijkheid
Bij een lichamelijke afhankelijkheid is je lichaam zo gewend aan het gebruik van een middel, meestal een stof, dat er een hoge tolerantie voor het middel is of dat er ontwenningsklachten ontstaan als je het middel niet meer gebruikt.
Tolerantie betekent dat je een steeds grotere dosis van het middel nodig hebt om hetzelfde effect te bereiken, of dat dezelfde dosis steeds minder effect heeft. Voorbeelden van ontwenningsverschijnselen zijn:
- misselijkheid
- transpireren
- prikkelbaarheid
- angst
- slapeloosheid
- trillen