Iemand met een dissociatieve identiteitsstoornis (DIS) heeft een identiteit die is opgesplitst in meerdere delen (ook wel alters genoemd). Deze delen kunnen verschillende voorkeuren hebben en verschillen vaak ook onderling qua leeftijd, gedrag en soms zelfs genderidentiteit.
DIS: identiteit is opgesplitst in meerdere delen
DIS ontstaat in de meeste gevallen als gevolg van ernstig fysiek en/of seksueel geweld in de vroege jeugd. Iemand met DIS heeft niet geleerd zichzelf als één ik, één identiteit, te ervaren. Daarbij wordt de traumatische ervaring en bijbehorende herinneringen vaak gedragen door een of meerdere delen van iemands persoonlijkheid. Dit is een manier van het brein om met deze heftige gebeurtenissen om te gaan en te overleven.
- Meer leren over DIS? Download DIS-e-boek
- Lees ook: Wat is DIS?
Schizofrenie: wanen en hallucinaties
Iemand met schizofrenie heeft last van hallucinaties en wanen en bijvoorbeeld apathie en geheugenproblemen. Vaak wordt ten onrechte gedaan alsof iemand met schizofrenie een ‘gespleten persoonlijkheid heeft’, maar dit is dus meer karakteriserend voor dissociatieve identeitsstoornis.
Of iemand schizofrenie ontwikkeld is voor een groot deel genetisch bepaald. Daarbij kunnen omgevingsfactoren een uitlokkend effect hebben, zoals het gebruik van drugs of een hoge mate van stress.
Belangrijkste verschillen schizofrenie en DIS
Dissociatieve identeitsstoornis
- Oorzaak is meestal vroegkinderlijk trauma
- Meerdere persoonlijkheidsdelen
- Wordt vaak behandeld met psychotherapie
- Verschillende persoonlijkheidsdelen met elkaar horen praten en geheugenverlies (dissociatie)
Schizofrenie
- Oorzaak is grotendeels genetisch
- Eén persoonlijkheid (met verstoorde waarneming)
- Wordt vaak behandeld met medicatie
- Dingen zien/horen die er niet zijn (wanen/hallucinaties/psychose)
Misschien heb je net te horen gekregen dat je een dissociatieve identiteitsstoornis (DIS) hebt, of ken je iemand die dit heeft. Maar wat is DIS eigenlijk precies en hoe kun je ermee omgaan? Wat zegt de wetenschap en welke therapieën zijn er? En… hoe is het eigenlijk om DIS te hebben, valt er een beetje mee te leven?